dinsdag 28 augustus 2012

Quinoa


Quinoa is in Nederland nog vrij onbekend, en dat is jammer. Het is namelijk supervoedsel: eenvoudig en snel te bereiden, veelzijdig, gezond en zeer voedzaam. Het bevat meer eiwit, mineralen, vitaminen en plantaardige vetten dan graansoorten zoals rijst, gerst, tarwe, haver en maïs. Quinoa is glutenvrij. Tot voor kort was het alleen in natuurvoedingszaken en dergelijke te verkrijgen, maar tegenwoordig heeft elke supermarkt het wel in de schappen staan. Ik las voor het eerst over quinoa in de boeken van Maarten 't Hart. Vooral in "Het dovemansorendieet" breekt hij een lans voor dit gewas, dat ook zo 'fantastisch laxeert'.

Quinoa is een plant, maar geen graansoort. De korrels lijken op graankorrels en worden ook op die manier in de keuken gebruikt.  Eigenlijk vond ik het net parkietenvoer toen ik het voor het eerst zag. De plant is aan spinazie verwant en is ongeveer 0.7 tot 3.0 m hoog met witgele bloemen. De groeicyclus duurt 120 tot 160 dagen. In Nederland wordt quinoa gebruikt als vervanger van rijst of couscous. In de Andes wordt het gegeten bij aardappelmaaltijden. Daar werd het al door de Inca's verbouwd op de koude, droge hoogvlaktes. Het is namelijk een erg sterke plant (quinoa betekent: 'graan dat groeit waar gras niet kan groeien') die op zeer arme grond kan groeien en waarop zelfs vrieskou geen invloed heeft.

Quinoa kan wel eens hèt voedsel van de toekomst zijn. Het geeft een hoge opbrengst zonder dat het land er intensief voor bewerkt moet worden. Het is een duurzaam en meestal volledig biologisch product. Bestrijdingsmiddelen zijn overbodig, de plant heeft z’n eigen natuurlijke beschermingstof (saponin) tegen insecten en ander ongedierte. Het zou nog verder veredeld kunnen worden waardoor het beter geschikt wordt voor de Europese omstandigheden, zowel wat teelt als markt betreft. En tenslotte, niet onbelangrijk, quinoa is ook nog eens erg lekker.