donderdag 6 juli 2017

De knuffelfactor

Ik blijf nog even in Chinese sferen.

Vorige maand werd in de Chinese stad Yulin (provincie Guangxi) het jaarlijkse "Lychee- en Hondenvleesfestival" gehouden. In 10 dagen tijd worden er dan zo'n 10.000 honden culinair doorheen gejast. Over het aantal lychees heb ik geen cijfers paraat.

Honden dus. Chinezen eten ongeveer alles wat beweegt, of al een tijdje niet meer beweegt. Ik ken iemand die ooit op een markt in China een consumptiehond vrijkocht en meenam naar Nederland. Een mooi gebaar, dat evenwel ook verkeerd kan aflopen. Jelle Brandt Corstius vertelt in zijn Arctisch Dagboek een anekdote waarin iemand met dezelfde goede bedoeling een kitten aanwijst bij een snackkraam, waarop de niet-begrijpende verkoper het dier pardoes onthoofdt en in de frituur werpt. En de Nederlands/Chinese Sun Li beschrijft in haar boek hoe haar ouders, die een restaurant in Friesland runnen, onder het motto "gratis vlees" argeloze duiven te grazen nemen.

Het Chinese hondenfestival roept internationale weerzin op vanwege de honden aan vleeshaken, verkoop van hondenvlees en het onder erbarmelijke omstandigheden vervoeren. Ik vind deze algemene verontwaardiging getuigen van een enorme schijnheiligheid. Vervang hier het woordje "hond" bijvoorbeeld maar eens door "varken", en ja dan wordt het ineens wel heel normaal allemaal.

Ruik de vette walm die de hele zomer boven Nederland hangt. Hoeveel varkens worden er op een warme zomerdag op de roosters gelegd? Vlees eten als entertainment.

Morgen meer (met een trotse worst van Albert Heijn).