donderdag 7 april 2022

Wim Sonneveld en Bommel

Beste kinderen in de zaal
Jullie kent ons allemaal 


Een jonge Wim Sonneveld heeft in de oorlogsjaren 40-45 Ollie B. Bommel gespeeld in kindertoneelstukken. Ik lees het in de biografie van Hella S. Haasse door Aleid Truijens. Sonneveld (toen 25) vroeg in 1942 aan Haasse (24) of zij Tom Poes teksten wilde schrijven voor het Tierelantijn Tooneel, dat hij met zijn vriend Huub Janssen had opgericht. Daar kijk ik van op, want Marten Toonder vermeldt niets hierover in zijn autobiografie. Wim Hazeu noemt het zijdelings in zijn Toonderbiografie, maar zo kort dat ik er kennelijk overheen gelezen heb. Nu wil ik graag het naadje van de kous weten, maar de boeken van Hazeu en Truijens spreken elkaar tegen en op internet is er niet veel over te vinden, alleen De Parelduiker geeft wat informatie.
 

Het zit waarschijnlijk zo: 

Het Tierelantijn Tooneel was speciaal opgericht voor het opvoeren van de Tom Poes toneelstukken, met voorstellingen geïnspireerd op de strips van Marten Toonder, die in de Telegraaf verschenen vanaf 16 maart 1941. Deze eerste stripverhalen waren echt voor kinderen bedoeld. De toneelverhalen zijn aparte titels, niet gebaseerd op de krantenstrips. Van de eerste vijf toneelstukken is onduidelijk wie ze geschreven heeft. Marten Toonder zelf? Hazeu noemt diens broer Jan Gerhard als (mede)auteur. Truijens zegt dat Huub Janssen de teksten bewerkte. Hella Haasse schreef in ieder geval nummer zes De Toovertaart, en vrijwel zeker ook nummer zeven en acht. Zij zegt zich alleen De Toovertaart te herinneren, maar waarschijnlijk is dat een vergissing, want de betreffende programmaboekjes vermelden haar als auteur. 

Haar biografe Aleid Truijens noemt Haasses verklaringen na de oorlog ‘enigszins cryptisch’ en ‘toch wel vreemd’, en suggereert (ietwat vals) dat Hella misschien liever niet meer wilde weten dat ze in 1943 en 1944 voor het Nederlandse toneel en theater geschreven had. Wie in de bezettingsjaren doorwerkte, moest zich namelijk aangemeld hebben voor de Kultuurkamer (iets wat Marten Toonder ook altijd weer wordt nagedragen). Hella Haasse, die ook als actrice doorspeelde, had niet persoonlijk getekend voor de Kultuurkamer. De gezelschappen waar zij voor werkte waren collectief lid, en zo indirect ook alle eraan verbonden medewerkers. Sonneveld was daar nooit geheimzinnig over. Hij vond het theater een noodzakelijke afleiding voor het publiek in tijden van grote onzekerheid.
 
Wim Sonneveld verkoopt kaartjes

Hella Haasse ging vanaf 1943 ook teksten schrijven voor zijn cabaretgroep, zij bleef de huisschrijfster tot 1947. Op 1 februari 1944 was de première van de cabaretrevue Sprookjes. Hazeu vermeldt dat Toonder persoonlijk was uitgenodigd door Sonneveld, maar niet kon komen vanwege de slechte toestand van zijn vrouw Phiny. Hella mocht Wim Sonneveld graag. Volgens haar dochter was zij zelfs verliefd geweest op Sonneveld. Maar die was, zei ze, ‘niet zo geïnteresseerd in vrouwen in het algemeen’. Hij zou haar wel ten huwelijk hebben gevraagd, ‘een praktisch vriendschapshuwelijk’. Maar dat vond Hella toch niet zo’n goed idee.
 

Wim als ouvreuse

Wim Sonneveld regisseerde acht Tom Poes stukken:
 

1.   De avonturen van Tom Poes (première 1941)
2.   Tom Poes gaat zwerven (1942)
3.   Tom Poes en de Tooverbril (1942)
4.   Tom Poes en de Sprekende Koe (1942)
5.   Tom Poes en de Betooverde Prins
6.   Tom Poes en de Toovertaart (1943)
7.   Tom Poes en de Verdwenen Kroon (1944)
8.   Tom Poes en de Japanse Toovenaar 

Er zijn geen teksten bewaard gebleven en ook over de toneelstukken zelf is niet veel bekend. Informatie en foto’s komen uit de plakboeken van Wim Sonneveld, nu in het archief van het Theaterinstituut Nederland (TIN). Volgens Sonneveld waren de voorstellingen een groot succes, ‘het liep storm’. Hij deed de kindervoorstellingen 'erbij', overdag. Alle acteurs waren twintigers, en sommigen zijn later beroemd geworden, o.a. Dick Swidde, Joeki Broedelet (de moeder van Remco Campert) en Albert Mol. Hella Haasse heeft zelf ook één keer de rol van Tom Poes gespeeld, als vervanger. Wim Sonneveld speelde Ollie B. Bommel alleen in de eerste vier stukken, daarna was hij het warme bommelpak zat. Kees Brusse en André Carrel (vader van Rudi) nemen het dan over. 

Alle afb uit plakboeken Wim
Sonneveld, archief TIN



bronnen:
Aleid Truijens
Leven in de verbeelding; Hella S. Haasse 1918-2011
Querido 2022, 1e druk 

Wim Hazeu
Marten Toonder; Biografie
De Bezige Bij 2012, 1e druk 

Jos van Waterschoot
De Parelduiker 2006