Winnie-the-Pooh.
De kinderboeken van Winnie-the-Pooh (1926) door A.A. Milne zijn klassiekers, maar op de een of andere manier totaal aan mij voorbij gegaan in mijn jeugd. Later heb ik er via een omweg alsnog (min of meer) kennis mee gemaakt. Dat kwam door het boekje Tao van Poeh, waarin Benjamin Hoff het taoïsme probeert uit te leggen aan de hand van de Winnie-the-Pooh verhalen. Hij vindt deze "Beer met maar een klein beetje Verstand een ware Tao-Meester". Het is een nogal vaag boekje, maar het bereikte destijds (1982) wel flinke oplagen. Misschien ook omdat het zo sympathiek oogt, rijk geïllustreerd met de oorspronkelijke tekeningen uit de "echte" Pooh verhalen. De tekeningen van E.H. Shepard (1879-1976) zijn zo mogelijk nog beroemder dan de teksten van Milne.
Van deze Shepard kun je nu in Huis Doorn negentig originele tekeningen bekijken. Niet van Pooh, maar van het leven aan het front in de Eerste Wereldoorlog en politieke cartoons uit die tijd. E.H. Shepard nam als Britse artillerist tussen 1915 en 1918 deel aan grote veldslagen in België, Frankrijk en Italië. In de loopgraven maakt hij grappige tekeningen en serieuze impressies. Fotograferen is op deze expositie niet toegestaan, maar op de google-pagina hier krijg je een aardige indruk.
De tekeningen in Doorn zijn voor het eerst buiten Engeland te zien. Het museum kon deze primeur binnenhalen omdat Shepards erfgenamen het prachtig vonden dat zijn tekeningen nu uitgerekend in het huis van de Kaiser hangen.
De expositie is nog te zien tot en met 10 december 2017. Informatie vind je hier.