maandag 19 januari 2015

Per Olov Enquist: Het bezoek van de lijfarts


Nog op de valreep van 2014 las ik een van de mooiste boeken van mijn jaarlijstje: Het bezoek van de lijfarts (1999) van de Zweedse schrijver Per Olov Enquist (1934). Deze bestseller werd al in 2001 in het Nederlands vertaald, maar ik moet bekennen dat ik er nog niet eerder van gehoord had. Het voordeel van deze literaire blackout was dat ik geheel onbevangen en blanco aan dit bijzondere boek kon beginnen. Het riep al snel een reeks emoties en indrukken bij mij op, erg goed.

Het is een historische roman gebaseerd op feiten, een "non-fiction novel", over een nogal pijnlijke periode (1768-1772) in de geschiedenis van Denemarken. De jonge, waanzinnige koning Christian VII is er op dat moment de officiële alleenheerser, maar in werkelijkheid heeft een kliek aan het hof de touwtjes strak in handen. Zij manipuleren de koning, die de wereld als een toneelstuk beleeft, al vanaf zijn jeugd en maken gebruik van zijn geestesziekte. Uiteraard is het  sterk in hun belang dat deze situatie zo blijft. Christian is uitgehuwelijkt aan de nog jongere Caroline Mathilde, een zusje van de Engelse koning. Zij wordt enorm geminacht aan het Deense hof en is alleen binnengehaald om een erfopvolger voort te brengen.

Dan wordt de Duitser Johann Friedrich Struensee aangesteld  als lijfarts van de koning. Struensee, die zich laat inspireren en leiden door de ideeën van de Verlichting, maakt gebruik van (in de woorden van Voltaire) "de kier die soms onverwacht in de geschiedenis ontstaat" en krijgt zoveel invloed op Christian dat hij uiteindelijk de macht in handen heeft. In relatief korte tijd vaardigt hij 632 decreten uit, wat grote en ingrijpende veranderingen met zich meebrengt in de Deense maatschappij en aan het hof. In feite is het een soort revolutie. Zo noemt schrijver Enquist het zelf ook: de Deense revolutie, als voorloper van de Franse revolutie.

Zoals te verwachten maakt Struensee hiermee nauwelijks vrienden aan het hof. Daarnaast heeft hij ook nog eens een bijna openlijke verhouding met de koningin, zij hebben zelfs een kind. Uiteindelijk barst de bom en volgt er een soort contrarevolutie. De hofkliek herpakt de macht en Struensee wordt gruwelijk ter dood gebracht. Dit voorspelbare einde, deze spanning hangt voortdurend over het hele boek heen. Het is somber, dreigend, tragisch en vooral onvermijdelijk.

De voltooid verleden tijd waarin het verhaal geschreven is schept nogal wat afstand tot de personages. Toch is het niet moeilijk met hen mee te leven en mee te voelen. Ik voelde wel begrip, maar geen sympathie, zelfs niet voor de "good guys". Hoe weldenkend & verlicht de handelingen en motieven van Struensee ook mogen zijn, hij blijft toch een soort opportunist. Maar wel een die kennelijk blind zijn noodlottig en onvermijdelijk einde tegemoet hobbelt.