Twee bladzijden uit
de grote Bosatlas die wij op school gebruikten (47e druk,
1971).
Kijk eens naar
Flevoland, en dan vooral "Zuidelijk Flevoland", zoals dat toen kennelijk heette. Letterlijk een grijs gebied, niet ingevuld op de kaart. Zoals op de randen van oude zeekaarten het geval was, onbekend gebied, waar je draken en reuzenserpenten kon verwachten.
Terra incognita.
"Drooggevallen in 1968" vermeld de toelichting, alsof het vanzelf gebeurd is.
Voor mij is het lange tijd grijs gebied
gebleven, heel Flevoland eigenlijk. Ik herinner mij nog een schoolreisje, begin jaren 70, waarin een soort pril informatiecentrum ("Flevoland") te midden van heel veel klei werd bezocht. Maar dat was het dan. Ik had er verder niets te zoeken.
Tot vorige week. Een goede vriendin van ons is naar
Almere verhuisd en gaf een housewarming. Alles wat ik over Almere "weet" komt uit de krant (niet positief), van diverse collega-bloggers die er zelf wonen (wel positief) en uit een boek van Renate Dorrestein (niet aan mij besteed). Van mijn oude Bosatlas werd ik al helemaal niet wijzer, Almere was toen nog niet ontdekt.
De eerste kennismaking verliep prima. De huizen en waterpartijen waren prachtig, het verkeersnet (ook voor fietsers) leek mij efficiënt en ik vond het sowieso een interessante gedachte om door een landschap te rijden dat jonger is dan ik zelf.